Silver, Larry | Paperback / softback | 12-12-2022 | 9789464366082
Lof der zotheid: over de nar en de zot in de Vlaamse kunst
Volgens de middeleeuwse theologen is geloven een zaak van bittere ernst. Humor en deugd moeten wel onverenigbaar zijn, want lachen is onbedwingbaar en ontsnapt aan de controle van de rede. Zedig glimlachen, tot daaraan toe. Maar schateren, grijnzen en grimassen: dat moet het speelveld van de duivel zijn ? even verderfelijk als andere onbeheersbare driften, zoals de lichamelijke liefde of de verslaving van de gokker. Dat is het terrein van de boer of de zot.
In de late middeleeuwen weet iedere rechtgeaarde stedeling dat het verschil tussen boeren en dwazen gering is. Boeren zijn onnozel, primitief, belust op feesten, schransen, zuipen en seks. De boer is het antivoorbeeld van de gecultiveerde stadsmens, die zijn driften keurig beteugelt ? en dus vooral niet te hard mag lachen. Alleen tijdens onnozele-kinderenfeesten of vastenavondvieringen mogen de stedelijke feestvierders hun onderkant tonen.
In tegenstelling tot de boer ontsnapt de zot bovendien aan de bestaande orde. Hij houdt de zelfverklaarde wijze een spiegel voor, want ‘al lachend zegt de zot de waarheid’, ook al zit die dan verscholen tussen pis en stront, seks en snot. Precies daarom voert ook Erasmus in zijn Lof der Zotheid niet zelf het woord maar laat hij die eer aan de Dwaasheid, een brede rug waarachter de wijze zich kan verschuilen wanneer hij maatschappelijke problemen aan de kaak stelt. Zo verandert de lach de wereld.
In deze context worden de zot en ironie belangrijke motieven in de middeleeuwse kunst, met name in de Nederlanden. Dit originele kunstboek is geïllustreerd met tientallen topwerken van Vlaamse meesters uit wereldwijde collecties.
Larry Silver is professor kunstgeschiedenis aan de University of Pennsylvania en auteur van de monografie Hieronymus Bosch. Silver geldt wereldwijd als een van de belangrijkste kunsthistorici van onze tijd.
Met een introductie door dr. Katharina Van Cauteren, kunsthistorica en stafchef van The Phoebus Foundation.