Geller, William | Paperback / softback | 01-09-2020 | 9789464053593
.Ze zetten me tussen hen in en Dumas reed weg. Croix knelde me zowat de keel af met zijn ene arm en met zijn hand greep en kneep hij me waar hij maar kon. Hoe meer ik tegen sputterde hoe meer lol ze er in hadden. Bij de steengroeve werd ik de auto uitgestampt en kreeg ik nog een gemene trap in de rug waardoor ik vlak bij de rand van de steengroeve terecht kwam. Ik was misselijk van pijn en angst want de trap was hard aangekomen en ik dacht dat ze me zonder meer naar beneden wilden gooien. Het is daar wel honderd meter diep en zo’n val zou niemand kunnen overleven. Daar het zondag was, was er verder niemand in de buurt en ik was volkomen aan de willekeur van die twee overgeleverd. Voor ik overeind kon komen om een poging te wagen er van door te gaan, grepen ze me en hielden me boven de afgrond. Grijnzend vertelden ze me dat wanneer ik niet zou tekenen ze me in de afgrond zouden gooien. Snikkend en gebroken heb ik toegegeven. Ze hebben me toen weer op de kant getrokken en begonnen weer met hun betastingen waarbij ze me de kleren van het lijf rukten…