Deleuze, Gilles | Paperback / softback | 02-07-2010 | 9789086870202
‘Anti-Oedipus’ is het eerste deel van Deleuzes en Guattari’s politiek-filosofische hoofdwerk in twee delen ‘Kapitalisme en Schizofrenie’. Dertig jaar na zijn verschijnen heeft het nog niets van zijn politieke en filosofische betekenis verloren, integendeel: in tijden van globaal kapitaal, algemene verrechtsing en woekerend neo-obscurantisme lijkt het actueler en dringender dan ooit. Het boek behoort tot de grote filosofische werken uit de korte twintigste eeuw en slaagt er op een indrukwekkende manier in de fundamentele politieke en subjectieve problemen van zijn tijd – en de onze – te synthetiseren. Tal van vooraanstaande hedendaagse denkers, onder wie Peter Sloterdijk, Antonio Negri, Alain Badiou en Slavoj Zizek hebben er zich door laten inspireren, maar het boek bracht ook een heroriëntering van de menswetenschappen teweeg (het beïnvloedde sterk de cultural, queer en feminist studies), had een fundamentele invloed in het socio-artistieke veld en creëerde nieuwe vluchtlijnen voor een postmoderne subjectiviteit, in de mate dat ‘anti-oedipaal zijn voor velen een levensstijl is geworden, een wijze van denken en leven’ (Michel Foucault).
In ‘Anti-Oedipus’ worden onder meer de volgende thema’s behandeld: De kritiek van de burgerlijke politieke filosofie (contracttheorie, politiek transcendentiedenken, functie van de Staat). De vernieuwing van de kritiek van de politieke economie. De vraag naar het functioneren van ‘groepen’ of ‘gemeenschappen’, naar andere vormen van politieke organisatie en militantisme, en het creëren van micropolitieke vluchtlijnen (waaraan vandaag Antonio Negri’s concept van de Multitude/Menigte en de zich voortdurend vernieuwende vormen van andersglobalisme in hoge mate schatplichtig blijven). De zoektocht naar een ‘materialistische psychiatrie’ en een herformulering van het onbewuste (geen oedipaal theater, maar een fabriekje) en in samenhang daarmee de doorgedreven ‘zelfkritiek’ van de freudiaanse en lacaniaanse theorieën en de formulering van een schizo-analyse. De kritiek van de gesloten instellingen (van de psychiatrie via de bureaucratieën tot de familie of de Partij). De nietzscheaans geïnspireerde kritiek van de geschiedenis en de poging om een nieuwe ‘universele geschiedenis’ te formuleren… – Bovenal is Anti-Oedipus ook een vrolijk, speels, affirmatief boek. Michel Foucault noemde het in zijn voorwoord niet toevallig een ‘leidraad tot het niet-fascistische leven’.
‘…na zovele jaren nog steeds te lezen als een perfect functionerende fenomenologie van het heden. […] Het kondigt de renaissance aan van een historisch materialisme dat onze tijd waardig is.’ Antonio Negri, auteur (samen met Michael Hardt) van het spraakmakende boek ‘Empire’.
Gilles Deleuze (1925-1995) geldt als een van de invloedrijkste filosofen van de twintigste eeuw. Hij schreef o.m. Différence et répétition (1968), Logique du sens (1969), Cinéma (2 dln., 1983/85) en samen met Félix Guattari o.a. Capitalisme et schizophrénie (2 dln., 1972/80) en Qu’est ce que la philosophie ? (1991).Félix Guattari (1930-1992), Frans psychiater, politiek militant en sociaal filosoof, kreeg vooral bekendheid door zijn theorie van de schizoanalyse en door zijn samenwerking met Gilles Deleuze. Behalve de boeken die hij met Deleuze schreef, verscheen van hem o.m. Psychanalyse et transversalité (1972), Cartographies schizoanalytiques (1989) en Chaosmose (1992).
Peter De Graeve (1959) doceert filosofie aan de Universiteit Antwerpen en heeft zich intensief beziggehouden met het werk van Deleuze, Heidegger en Nietzsche. Hij schreef o.m. Friedrich Nietzsche. Chaos en verwording (2003) en bezorgde de vertaling van Deleuzes Nietzsche (1999).
Joost Beerten (1967) is vertaler. Hij vertaalde eerder werk van o.a. Blanchot, Derrida, Deleuze, Nancy en Badiou, en onlangs nog Marcel Gauchets Religie in de democratie (2006).