Levy, Deborah | Hardback | 27-06-2017 | 9789044538847
Het is pas elf uur en ik zou nu ook op mijn rug in zee kunnen drijven en naar de échte nachtelijke hemel en de échte Melkweg kunnen kijken, maar ik ben bang dat er kwallen zitten. Ik ben gistermiddag gebeten en daar heb ik een brandende, paarse striem op mijn linkerbovenarm aan overgehouden. Ik moest over het hete zand naar de EHBO-keet aan de andere kant van het strand rennen om zalf te halen bij de student (volle baard) die daar de hele dag kwallenbeten van toeristen moet verzorgen. Hij vertelde dat kwallen in Spanje ‘medusa’s’ worden genoemd. Ik dacht dat de Medusa een Griekse godin was die werd vervloekt en in een monster veranderde en dat iedereen die haar aankeek versteende door haar indringende blik. Dus waarom zouden ze een kwal naar haar vernoemen? Ja, zei hij, maar volgens hem leken de tentakels van de kwal op het haar van de Medusa, dat altijd wordt afgebeeld als een wirwar van kronkelende slangen.
Ik had de gele vlag met het cartooneske plaatje van de Medusa voor de EHBO-keet gezien. Ze heeft slagtanden en kijkt waanzinnig uit haar ogen.
‘Als de Medusavlag gehesen is, kun je beter niet gaan zwemmen. Maar dat moet je natuurlijk zelf weten.’