Goossens, Wiel | Paperback / softback | 27-05-2017 | 9789463429160
Vanaf 1946 scheepte ons landje aan de Noordzee ruim 100.000 dienstplichtigen in naar zijn almaar onrustiger/opstandiger kolonie Oost-Indië: een vredesmissie. Swartbroek, mijn dorpje, leverde een bovengemiddelde bijdrage. Enkelen van zijn Indiëgangers leerde ik goed kennen.
In 2011 stierf Lei, een der vredesduiven. Zijn wapenbroeders zwaaiden hem uit met militaire eer én met toespraken. Daarin lichtten ze een tip van de sluier over hun verleden op. Wakend bij hun overleden makker, gidsten deze gedoodverfde zwijgers ons door de stroperige velden van hun herinneringen.
Lei en ik hadden er menig keukentafelgesprek over gevoerd. Verder beschikte ik over 8 dagboeken van Frans Keijzers, familielid en oud-Indiëganger. Met ijzeren discipline beschreef hij daarin dag na dag na dag wat er ginds, in het tropenland ver van huis, aan de hand was, doorspekt met zijn eigen vragen en oordelen. Geen dossier over brandende kampongs, maar toch …
Zo begon DE ZESDE SCHADUW te groeien en werd oom Frans bevorderd tot romanfiguur PIET, ‘n soldaat van Oranje. Pion der machtigen voelde hij zich, werktuig in dienst van winstbejag en behoudzucht. Levenslang alles verkroppen. De duif werd een havik.