elke microseconde is goud waard
Lewis, Michael | Paperback / softback | 28-07-2017 | 9789048841752
Flitshandel viel als een bom in de financiële wereld. Binnen een mum van tijd stond de FBI op Wall Street en riep senator John McCain om een onderzoek door het Amerikaanse Congres. Wat maakt Flitshandel zo explosief? Het gaat over supercomputers, geprogrammeerd door de allerslimste en geniaalste nerds, die
hierdoor een nanoseconde sneller zijn dan andere computers en zo tientallen miljarden extra verdienen voor hun bazen op de beurs. Is het strafbaar? Is het handelen met voorkennis? En wie is de dupe? Bestsellerauteur Michael Lewis schreef met Flitshandel een waargebeurde thriller van wereldformaat.
MICHAEL LEWIS is de grootste nonfictie auteur van Amerika en heeft diverse internationale best sellers op zijn naam staan, waaronder: The Big Short, Moneyball en Liar’s Poker.
‘Een groot voorbeeld’ Jeroen Smit
‘Een bom in de financiële wereld. (…) Een topjournalist.’ – Matthijs van Nieuwkerk
‘Verrukkelijke non-fi ctie. Als lezer krijg je soms het idee dat je een thriller van John le Carré leest, in plaats van een boek over algoritmen, dark pools en rebate arbitrage. (…) Lewis kan als geen ander laten zien hoe de fi nanciële markten van gezicht zijn veranderd.’ – De Groene Amsterdammer
‘Met een oerknal staat ook zijn nieuwste werk op de kaart.’ – Het Financieele Dagblad
‘Dit is wat ik wil. (…) Een groot voorbeeld.’ – Jeroen Smit
‘Niet veel schrijvers weten een hoorzitting in de senaat te veroorzaken met hun boek. Michael Lewis wel. Zijn explosieve Flash Boys, over de corrupte beurshandel, veroorzaakte dit voorjaar veel opschudding. ‘ – NRC Q
‘Flash Boys leest als een spannend jongensboek: met een antiheld, een geheime samenzwering en
mysterieuze dark pools. Het is ook nog eens op echte gebeurtenissen gebaseerd. (…) Nog altijd is een enkel ouderwets, spannend geschreven boek in staat de hightechaandelenhandel flink op zijn kop te zetten. (…) Het beschrijft op pakkende wijze het fenomeen fl itshandel.’ – Het Financieele Dagblad
In de zomer van 2009 was de lijn een eigen leven gaan leiden. Tweeduizend mannen groeven en boorden de merkwaardige behuizing die de lijn nodig had om te overleven. 205 ploegen van acht man elk, plus allerlei adviseurs en inspecteurs, stonden dagelijks voor dag en dauw op om te bedenken welke explosieven ze nodig hadden om een gat te maken in een onschuldige berg, hoe ze een tunnel konden aanleggen onder een rivierbedding, of hoe ze een geul moesten graven naast een landweg zonder berm. Dat deden ze zonder een alleszins voor de hand liggende vraag te beantwoorden: waarom? De lijn was een buis
van hard plastic met een dikte van nog geen vier centimeter en was ontworpen om vierhonderd flinterdunne strengen glas te beschermen. Toch kreeg je het gevoel dat het een levend wezen was, een onderaards reptiel met specifieke behoeften en verlangens. De geul waarin de lijn zou komen te liggen moest kaarsrecht zijn. Er was misschien nog nooit een pad zo compromisloos door de aarde gegraven. De lijn moest een datacentrum in het zuiden van Chicago verbinden met een aandelenbeurs in het noorden van de staat New Jersey. Het was van cruciaal belang dat de hele onderneming geheim zou blijven.