Afkari, A. | Hardback | 29-08-2012
Uniek idioomwoordenboek verschaft Perzischtaligen toegang tot meer dan 7000 Nederlandse zegswijzen en uitdrukkingen.
Tienduizenden nieuwe Nederlanders worstelen met hun nieuwe taal. Ook voor wie een redelijke woordenschat heeft veroverd en de belangrijkste regels van de grammatica kent, blijft de Nederlandse omgangstaal vaak ontoegankelijk voor wie hem verstaan en spreken wil. Zoals een jungle ontoegankelijk is door struiken en lianen die de doorgang belemmeren, zo is de spreek- (en vaak ook de schrijf-)taal van Nederlanders vergeven van vaste woordgroepen (amok maken, averij oplopen), uitdrukkingen (iemand met argusogen bekijken), spreekwoorden (Keulen en Aken zijn niet op één dag gebouwd) enzovoort. Met dit boek wil Afkari aan de doorgaans hoog opgeleide Iraniërs en Afghanen – zij allen hebben Perzisch als moedertaal – de toegang te verschaffen tot meer dan 7000 Nederlandse uitdrukkingen en zegswijzen. Dit bestand wordt aangeboden met uitleg zowel in het Nederlands als in het Perzisch, een taal die niets met Arabisch te maken heeft maar die door de eeuwenlange centrale plaats van de Islam wel met Arabisch schrift wordt weergegeven.
Nu is er het up-to-date ‘Nederlands-Perzisch Idioomwoordenboek’, georganiseerd als een woordenboek van A tot Z, zodat iedere gebruiker er snel haar of zijn weg in kan vinden. Dit idioomwoordenboek is tot stand gekomen onder toezicht van een commissie van drie deskundigen: prof. dr F. Moerdijk, als specialist in de lexicografie verbonden aan de universiteiten van Amsterdam en Leiden, prof. dr R. Appel, tot 2005 vanwege de Gemeente Amsterdam aan de UvA aangesteld voor Nederlands als tweede taal, en prof. dr J. ter Haar, tot 2006 hoogleraar Perzisch te Leiden.